Nederlandse-gedichten

’t Is liefde en genade
Gods trouw die Hij ons biedt.
Die zullen ons nooit schaden
waarmee Hij naar ons ziet.

Gods hart met ons bewogen
reikt ons verlossing aan.
Geen schuld wordt meer gewogen
door Zijn Zoon weggedaan.

God neemt ons als Zijn kinderen
weer in genade aan.
Niets kan ons nu meer hinderen
de weg tot God te gaan.

De weg naar God ligt open
die Jezus heeft gebaand.
En hem met Hem belopen
het pad met Jezus gaand.

Met Hem op weg naar Vader
de gang naar ’t Vaderhuis.
Komen wij stapvoets nader
door Gods gena bij ’t kruis.

Want eindeloos is Gods liefde
evenals Zijn gena.
God blijkt geen God die griefde
maar laat slechts zegen na.

God slaat om ons Zijn deken
van liefd’ gena geduld.
Want schulden en gebreken
worden in zee gehuld.

Daar rusten onze zonden
in diepten van de aard.
Die in ons hart gevonden
vergeven zijn verklaard.

 


 

Jezus de Heer wil naast ons staan
zeer liefdevol met ons begaan.
Spreek al uw zorg en moeiten uit
waarop de Heer tot hulp besluit.

Hij troost ons in elk groot verdriet
dat Hij in hart en ogen ziet.
Steeds in Zijn liefde weer beslist
van ons gezicht de tranen wist.

Weet Jezus blijft ons dicht nabij
genezer trooster dat is Hij.
Want Hij is ’t die ons heelt geneest
en diep in mensenharten leest.

Jezus bekend met onze nood
heeft weet ook van de bittere dood.
Hij was het die de dood versloeg
aan ’t kruis eens onze zonden droeg.

Hij Heiland is het die bevrijdt
ons ’t hemels paradijs inleidt.
Waar eeuwig leven op ons wacht
in ’t Goddelijk licht stralend vol pracht.
 

Heer bevrijdt ons van het kwaad
dat ons zo zwaar belast.
De macht die ons naar ’t leven staat
en met zijn druk tot last.

Verlos ons van de ketenen Heer
hun klemmende verband.
Verbreek met macht en tegenweer
de ketens door Uw hand.

Ruk Heer de schakels hard vaneen
waardoor de keten breekt.
En onze mond voor U alleen
de loftrompet opsteekt.

Laat ons in vrijheid voorwaarts gaan
geleid ons aan Uw hand.
Zodat wij veilig door ’t bestaan
gaan naar ’t beloofde land.
     
 

Wij mogen als een rups eenmaal ontpoppen
om eenmaal tot een vlinder mooi voor God te zijn.
En met een dansvlucht nimmermeer te stoppen
maar voort te trekken langs de bloemen groot en klein.

De felle kleuren die de vleugels met zich dragen
in rood in blauw en in het zonnig geel.
Vertonen zich in rust en tijdens vleugelslagen
zij vormen met elkaar een schitterend schoon geheel.

Zo wil God eenmaal ons tot glorie brengen
als vlinders dansend in Zijn Koninkrijk.
Waar Hij de tijden voor ons blijft verlengen
en vreugde vindt de hoogste top van haar bereik.

   
Quote this article in website
Print
Stuur naar een vriend

God laat ons over grenzen kijken
wat daar voor ons verborgen ligt.
Als de aardse duisternis zal wijken
en Christus komt in ’t eeuwig licht.

God laat aan ons de voorproef tonen
van wat Gods kinderen eenmaal wacht.
Waarmee Hij dochteren en zonen
belonen zal met hemelpracht.

Met visioenen vergezichten
wil God Zijn heilsplan laten zien
En op die wijze ons berichten
Zijn toekomst straks er uit zal zien.

Eens zullen wij het heil aanschouwen
wat in Gods woord ons is beloofd.
De Gouden stad die Hij zal bouwen
wie daar in woont Zijn Naam steeds looft.
 

God wijst aan het gesternte de sterren weg en baan
de plaats waar elk zijn licht zal geven om in de ruimte daar te staan
en in hun cirkeling rond te zweven zendend hun stralen in het rond
welke hen in een kring omgeven verflauwend in de morgenstond.
De mens gebruikt hen om te peilen op wegen die hij wenst te gaan
en ’s nachts vertellen aan de hemel waar hij op aarde dan zal staan.

Zij zijn de figuranten in ’t duister om ons heen
om ons steeds weer op hen te richten zij laten nimmer ons alleen
elk sterrenbeeld biedt mogelijkheden waarmee de weg bepaald
als bij een wolkenloze hemel hun licht voor onze ogen straalt.
Ontelbaar zijn de vele sterren die ’s nachts hoog aan de hemel staan
maar die ons oog steeds blijft herkennen hen volgend in hun vaste baan.
     
 

Ik heb in Hem mijn Heer gevonden
mijn Heiland en mijn beste vriend.
Die mij verlost heeft van mijn zonden
Hem hangend aan het kruishout ziend.

Ik was met schuld en zond’ beladen
die Hij geduldig voor mij droeg.
Torsend de lasten van mijn daden
waarvoor ik Zijn vergeving vroeg.

Zijn liefde heeft Hij mij gegeven
die ik als mens niet heb verdiend.
Nabij wil zijn voor heel het leven
en voor mij wilde zijn zo’n  vriend.

Geen trouwer vriend zal ik ooit vinden
en ook geen betere metgezel.
Die zorg heeft voor mijn welbevinden
alles deel en aan Hem vertel.
 

Nog zijn de tijden niet vervuld
maar nadert dat met rasse schreden.
Want spoedig wordt de dag onthuld
en komt het Godsrijk aangetreden.

Want vrede en gerechtigheid
zal heersen over gans de aarde.
Die door Gods wijsheid wordt geleid
herschapen tot een schone gaarde.

Geweld noch ziekte zal er zijn
geen enkel leed dat meer zal kwellen.
God zal ons in Zij gouden schijn
die ons omstralen zal dan stellen.
     
 
 

Uit de dood ontstaat nieuw leven
door Gods vingers aangeraakt.
Alles laat de Heer herleven
alles wordt weer nieuw gemaakt.

In de kringloop die wij kennen
om ons heen in de natuur.
Laat God zichtbaar ons herkennen
steeds opnieuw het levensvuur.

Alles hier op aard moet sterven
in de dood tenondergaan.
Tot de Heer weer laat verwerven
alles tot een nieuw bestaan.

Dan laat God opnieuw ontspruiten
nieuwe lente op Zijn woord.
Alles gaat zich dan te buiten
in vreugd tot Gods zomer gloort.

Want Gods zomer die zal komen
en alles weer uitgebot.
Nieuw tot wasdom is gekomen
dan Gods nieuwe schepping wordt.

Mens en dier bloemen en planten
zullen delen in die vreugd.
Waar Gods licht naar alle kanten
heel Zijn schepping mee verheugt.
 

Probeer als mens eens oog te krijgen
voor wat Gods schepping biedt.
Want wie dat doet hij kan niet zwijgen
over al ’t geen hij ziet.

De wonderen wil God ons tonen
tot in de verste hoek
Met schoonheid zal hij ons belonen
wanneer wij gaan op zoek.

Dan laat God stil voor onze ogen
de grote rijkdom zien.
Zo raakt ons mensenhart bewogen
en looft God bovendien.

Wie stilstaat bij elk scheppingswonder
God als de Heer erkent.
Weet dan voorgoed hij kan niet zonder
de zegen die God zendt.
 

Strek je hand naar Jezus uit
en roep de Heiland aan.
Tot Zijn hand jouw hand omsluit
voort met Hem te gaan.

Luister goed naar ieder woord
dat Hij tot je spreekt.
Zorgend dat je leven spoort
’t kwaad je niet opbreekt.

Als een vogel vleugellam
ben je zonder Hem.
Ineen gedoken stil en stram
zittend in de klem.

Hij die vogels vliegen leert
uitvliegend bevrijdt.
Steeds weer naar Hem teruggekeerd
blijft tot hulp bereid.

Wil jij ook zo’n vogel zijn
door de Heer ontfermd.
Alle vogels groot en klein
liefdevol beschermt.
 

Als de nood zo hoog gerezen
tot aan onze lippen komt.
En wij voor ons leven vrezen
angstig kijken in het rond.

Wanneer onze mond blijft roepen
hopende dat God ons hoort.
Onze woorden tot Hem klinken
tot er voor ons redding gloort.

Bijstand zal de Heer dan zenden
en reikt ons Zijn rechterhand.
Die ons trekt uit de ellende
want Hij heeft met ons een band.

Nimmer laat God ons verzinken
in de diepten van de zee
Hij laat steeds Zijn licht weer blinken
voert ons aan Zijn handen mee.

God zet ons weer op de voeten
Hij richt steeds de mens weer op.
Want in trouw blijft Hij ons leiden
liefde slaat Zijn hartenklop.
     
 
 
 

 

Eens komt het land waar ’t altijd zomer is
een land waar steeds de mooiste bloemen groeien.
Waar waterbronnen vloeiend helder fris
er zorg voor dragen dat zij welig kunnen bloeien.

Dit is het land waar ’t eeuwig zonlicht schijnt
dat alle leven rijkelijk blijft verwarmen.
Nooit ondergaat en in de nacht verdwijnt
maar ’t licht is van Gods eindeloos erbarmen.

Dit is het licht wat alle vreugd bepaalt
dat met haar glans Gods wereld blijft omranden.
Daarmee Zijn nieuwe schepping overstraalt
die is ontstaan uit ’s Heren beide handen.

Op deze plaats die God verkozen heeft
zullen Gods kinderen eenmaal met Hem verkeren.
Want ieder die Zijn woord heeft nagestreefd
mag voortaan leven in gewijde sferen.

Dat heerlijk land waar ’t altijd zomer is
laat God op Zijn tijd uit de hemel komen.
Dan toont Hij aan ons ’t groot geheimenis
waarvan Zijn woord ons eeuwenlang liet dromen.
     
 
 
 

Als oude pijn maar niet wil wijken
ons hart God om genezing vraagt.
Dan laat Gods woord genade blijken
herstel van wonden nagejaagd.

De heling die God ons wil schenken
gaat tot het diepste van ons hart.
Wie tot Hem komt zal Hij gedenken
genezing bieden van zijn smart.

Geen oude pijn meer die blijft kwellen
maar thans een leven zonder pijn.
Door met die pijn naar God te snellen
wetend er zal verlossing zijn.

God zal met Zijn verlossing komen
Hij maakt ons van de pijn bevrijdt.
Laat vrede in de harten stromen
Hij balsemt wonden door de tijd.
 

Gods hand is ’t die de mensheid schift
gelijk het kaf geschift van ’t koren.
Zo worden wij ook uitgezift
wie eens bij ’t Godsrijk zullen horen.

Want God zal in rechtvaardigheid
over een ieder ’t oordeel vellen.
En zo hen met Zijn wijs beleid
de uitkomst naar Zijn woord vertellen.

Zult u het Godsrijk binnengaan
die Jezus als uw Heer aanvaardde.
Of moet u buiten blijven staan
u die reeds alles had op aarde.

Omdat u zich hebt afgewend
en naar Zijn stem niet wilde horen.
Niet op Zijn heilswoord afgestemd
en nu voorgoed als mens verloren.

Want ieder die Zijn naam belijdt
kan door Hem ’t Godsrijk binnentreden.
Waar Hij Zijn schapen binnenleidt
hen tonend al Gods heerlijkheden.

Bedenk heden waarvoor u kiest
en wil u op Gods woord bezinnen.
Besluit waardoor u niet verliest
dan mag u straks ook ’t Godsrijk binnen.
 

God heeft nog niet het laatste woord gesproken
waar Christus komst op aarde mee wordt ingezet.
Het eeuwig heilslicht moet nog worden aangestoken
waarna in ’t laatste oordeel God de mens berecht.
De mens die naar Gods woord ziet naar de tekenen
die weet wat hij van God de Heer verwachten mag.
Op wat voor blijde toekomst hij mag rekenen
zich hoopvol richtend op die hem beloofde dag.

Die lang verwachte dag zal zeker eenmaal komen
de eerste glanzen rijzen aan de horizon.
Straks zal het eeuwig licht ons allen overstromen
op ’t uur waar voor Gods kinderen het heil begon.
Want als het laatste woord door God is uitgesproken
worden de hemel en de aarde een geheel.
En alles wat kapot was en gebroken
dat maakt de rechterhand van God weer heel.
     
 
 

Wat achterblijft op aarde
ons lichaam, heeft geen nut.
Maar wat tot God zal stijgen
de ziel die vindt beschut
een eeuwig huis bij Vader
in het beloofde land.
Dat land komt eenmaal nader
vanaf de overkant.

Het land van Gods belofte
wat uit de hemel daalt.
Dat zal er zeker komen
waarvan Gods woord verhaalt.
Geen woord kan ooit beschrijven
dat komt uit mensen mond.
Het heerlijke verblijven
als komt Gods morgenstond.
 

God maakt ons duidelijk wat Hij wil
ga daar niet tegen in
Maar luister naar Zijn woorden stil
verhalend van bemin.

Van vrede en gerechtigheid
houdt ’s Heren woord ons voor.
Wiens hand ons zegenend geleidt
Zijn lichtglans gaat ons voor.

Het Godslicht trekt Zijn leidend spoor
leidt ons door ’t duister heen.
Al wie aan Gods stem geeft gehoor
die laat Hij niet alleen.

Want God heeft ons Zijn trouw beloofd
op eeuwige liefd’ gestoeld.
Elk die Hem op Zijn woorden gelooft
proeft ’t heil door God bedoeld.`
     
 

Angst is de hoop met het verlangen
naar rust en vrede die bevrijdt
om niet meer door de angst gevangen
maar zachtjes aan Gods hand geleid
ontdaan van ketenen en boeien
waarmee de angst ons hart omsluit
die God gestadig weg laat vloeien.

Gods Geest plaatst in ons hart Zijn vrede
en vindt een mens na angst de rust
zo brengt God ’t angstig hart tot rede
maakt van Zijn liefde en zorg bewust
Hij laat het jagend angstig kloppen
tekeer gaand in ons hart en keel
met een woord heengezonden stoppen
bevrijdt van angst is dan ons deel.
 

Ons leven dat als gras verdort
verwaaid wordt door de wind.
Zal eens tot stof en as vergaan
tot men het niet meer vindt.

Een grafsteen die het lichaam dekt,
de as dikwijls verstrooid.
Dat lichaam wordt opnieuw bezield
met nieuwe glans getooid.
 
De ziel wordt in Gods hand bewaard
die Hij eens gunst verleent.
Als God verklaart de morgenstond
met ’t lichaam weer vereend.

Dan wacht bij de herrijzenis
belofte van de gloed.
Die door Gods woorden zijn beloofd
herschepping wordt begroet..