Nederlandse-gedichten

Wij zullen 't land bereiken
dat God ons heeft beloofd
eens voor ons oog zal prijken
voor elk die daarin gelooft

Als pelgrims zijn wij trekkend
op reis met goede moed
om straks het land 't ontdekken
waar God zelf ons begroet.

Na al het aards benauwen
wacht ons een nieuw bestaan
wat God ons laat aanschouwen
en mogen binnengaan.

De voeten die ons droegen
die komen eens tot rust
waar zij vermoeid om vroegen
ons van Gods heil bewust.

De kruistocht naar de vrede
wordt in het land voltooid
want God Hij voert ons mede
naar waar Zijn Godsrijk gloort.

Leer de dingen los te laten
van wat jou op aarde bindt.
Waardoor je in ruime mate
vrede van God ondervindt.

Leer bij het moment te leven
want daar vind je vrede in.
Die God jou zo graag wil geven
met daarbij Zijn liefd’ bemin.

Leer er volop te vertrouwen
dat ook jou Gods toekomst wacht.
Blijf gedurig op Hem bouwen
weet des Heren woord heeft macht.

De reis gaat naar de gouden stad
die God ons pelgriims liet beloven
wij trekken voorwaarts langs het pad
en blijven in de aankomst geloven,

God zelf gaat in een wolk ons voor
die voor onze ogen op blijft lichten
zo wijst Hij aan ons weg en spoor
waar oog en voeten zich op richten.

Want eenmaal worden wij verrast
door wat wij vreugdevol aanschouwen
en zien waarop God ons vergast
omdat wij Hem bleven vertrouwen.

Daar aangekomen zijn wij thuis
ontvangen wij van God Zijn schatten
bezitten straks een eeuwig huis
met glanzen die ons rijk omvatten.

Een heerlijk feest wordt aangericht
voorzien van beste wijn en spijzen
waar wij als pelgrims in Gods licht
Zijn naam voor altoos zullen prijzen.

Ja eenmaal mag je voor God zingen
weerklinkt je stem in ’t engelenkoor
in 't glanzend kleed met d' hemelingen
jubelend heel de hemel door.
 
Eens sta je voor de troon der tronen
en leef je voor Gods aangezicht
dan mag je in de hemel wonen
in ’t huis dat God heeft opgericht.

Omringd door ’t hemels licht en klanken
die door Gods hemelzalen gaan
mag je met d’engelen loven danken
en biedt aan God ’t lofoffer aan.

Je hoort bij Gods vergeet-mij-nieten
die Hij in Zijn hand heeft bewaard
waar jij  voor eeuwig mag genieten
van dat wat Hij je heeft verklaard.


 

Op vijf voor twaalf staan de wijzers
zij wijzen ’t komend Godsrijk aan
dat aan de einder op komt rijzen
wanneer Gods klok zal twaalf slaan.

Het is nu nog tijd om te bezinnen
al is de tijd daarvoor zeer kort
om voor ’t te laat is te besluiten
dat u op tijd een Godskind wordt.

God geeft elk mens nog vijf minuten
benut ze dan is ’t niet te laat
voordat Gods dageraad zal komen
neem dus die laatste kans te baat.

Want als Gods dag eens aan zal breken
dan spreekt de Heer het oordeel uit
dat gaan zal over onze daden
waarmee Hij ’t oordeel eens besluit.

Daarna zal Hij ons duidelijk maken
wie ’t Godsrijk van Hem in mag gaan
en wie Zijn feestzaal niet bereiken
maar voorgoed buiten blijven staan.

 

Tussen geloof en twijfel
gaan wij heen en weer
soms is ’t ene sterker
dan het andere weer.
 
Als op zulke dagen
twijfel overwint
mogen wij God vragen
Heer schenk geloof Uw kind.
 
Let niet op de klokslag
van het heen en weer
kijk vol hoop naar de dag
komst van God de Heer
Eens zal aan onze tocht een einde komen
en zijn d'ontberingen voorgoed voorbij
dan rusten wij aan frisse waterstromen
tussen het groen van bomen in de wei.

Wij zullen eens de Godsstad binnentrekken
met daar omheen het prachtig groene woud
God laat ons heel Zijn koninkrijk ontdekken
omdat Hij zoveel van Zijn pelgrimskinderen houdt.

De heerlijkheden die ons eenmaal wachten
heeft nimmer ooit het menselijk oog gezien
dit toekomstland met ongekende prachten
is van de schoonste wonderen voorzien.

Houd goede moed om de tocht te volbrengen
weet dat God zelf zich over ons ontfermt
Hij zal de beste wijn straks in de bekers lengen
uw pelgrimstocht wordt door de Heer beschermt.

Wees als een lichtvlam hier op aarde
die ruim rondom zijn glans verspreidt.
Om in de duisternis te schijnen
een licht dat mensen voorwaarts leidt.

Wil zijn dat lichtje in het duister
een punt waarop men de ogen richt.
Dat warmte uitstraalt in het leven
hoopvol op morgen steeds gericht.

Word zo met God de richtingwijzer
om met elkaar op pad te gaan.
En uit te zien naar wat gaat komen
aan heerlijk beloofd voortbestaan.

Als pelgrims zijn wij steeds op reis
gaand over bergen en door dalen
opweg naar 't hemels paradijs
om eens het einddoel te behalen.

De reis vraagt energie en kracht
en zal daarvan veel van ons vergen
voor dat Gods gouden stad ons wacht
straks zichtbaar na de laatste bergen.

De weg daarheen is vol gevaar
maar God de Heer zal ons beschermen
eens worden wij de stad gewaar
daar toont de Heer ons Zijn ontfermen.

In liefde steunen wij elkaar
verbindend onderweg de wonden
zo staan wij voor elkander klaar
bij wie ze door ons zijn gevonden.

Want liefde en verbondenheid
dat zijn de pijlers die ons dragen
wanneer wij reizen door de tijd
opweg naar eeuwig blijde dagen.

Wij delen van ons voedsel rond
zodat niemand gebrek zal lijden
en vullen zo elkanders mond
want geven schenkt het hart verblijden.

De stad die in de verte wenkt
zal straks voorgoed ons thuisfront wezen
als God aan ons Zijn gaven schenkt
dan hebben wij niets meer te vrezen.

Heer help ons ’s levens last te dragen
die U op onze schouders legt
en U daarbij om zegen vragen
in ons gebed tot U gezegd.

Schenk ons de kracht in zware tijden
kom in ons leven met Uw licht
als er momenten zijn van lijden
laat oog en hart op U gericht.

Wil dagelijks voor ons blijven zorgen
Gij Heer in voor- en tegenspoed
beveiligd in Uw arm geborgen
wordt eens voor ons het leven goed.

Heer dag na dag tot aan de morgen
die na de nachten ons weer wacht
volgt eens de dag die zonder zorgen
ons naar ’t verlangde einddoel bracht.

 

't Is niet slechts luisteren naar Gods woord
maar iedere dag er weer naar handelen
nadat u 't stil hebt aangehoord
om in de liefde te gaan wandelen.

Al wie niet wandelt in de liefd'
vindt geen genade in Gods ogen
want daarmee wordt Gods hart gegriefd
geen liefdeloosheid kan gedogen.

Maar elk die handelt naar Gods woord
en die de liefd' laat prevaleren
hij is verbonden met het koord
hem aangereikt door 't woord des Heren.

't Is open staan met hart en ziel
voor alles wat de Heer doet spreken
blijf luisteren naar Zijn woord en kniel
want God zal Zijn verbond nooit breken.

Gods woord vraagt actie van de mens
die Gods bedoeling heeft begrepen
't houdt in vervulling van Gods wens
 om 't kwaad niet voort te laten slepen.

Volvoer met trouw al wat God zegt
dan zal Zijn zegen op u dalen
blijf pal staan voor de liefd' en recht
waarvan Gods woord u blijft verhalen.
Niet uitverdienste vragen wij
U onze zonden te vergeven
laat er door Uw genade zijn
de tijd komt die ons op laat leven.

Wanneer Uw liefde ons niet betoond
dan waren wij als mens verloren
maar U die ons daarmee beloont
zorgt dat een mens wordt als herboren.

Niet uit verdienste komt ons toe
Uw zegen die wij rijk ontvangen
U wordt het schenken nimmer moe
en biedt ons meer dan wij verlangen.

Laat het maar aan Jezus over
of je naar de hemel gaat.
Bij een lijst met goede werken
heb je als mens geen enkele baat.

Je kunt nooit de hemel erven
als je niet in Jezus gelooft.
Die door Hem is te verwerven
op de wijs door Hem beloofd.

Leg je leven in Zijn handen
want dan kom je zeker thuis
om in d’ hemel te belanden
door Hem in het Vaderhuis.

Als je ooit daar bent aangekomen
zie je ’s hemels heerlijkheid.
Mag je rusten aan de stromen
van Gods blijde eeuwigheid.

 

Gebukt en diep verslagen
belijden w´onze schuld
De zonden die wij dragen
waarmee ons hart vervuld.

Maar God Hij is genadig
wanneer wij tot Hem gaan
Zijn liefd´ zo overdadig
ziet ons vergevend aan.

De lasten die wij dragen
die neemt God van ons af
Want in Zijn welbehagen
ontlopen wij Zijn straf.

Hoe kostbaar is het leven
dat God gegeven heeft
wat Hij ons laat beleven
zolang een ieder leeft.

Zeer kostbaar zijn de dagen
waarmee elk uur gevuld
God ons in liefd’ blijft dragen
en daarmee rijk omhult.

Geen uur mag gaan verloren
in ledigheid geleefd
wil naar Gods woorden horen
hoe dat Hij het graag heeft.

Benut rijk Gods talenten
die Hij gegeven heeft
verhoog die met de rente
die u eens aan Hem geeft.

Want eens zal God u vragen
wat u hier hebt gedaan.
als u aan ’t eind der dagen
met ’t resultaat zult staan.

Ook onze liefde moet gevoed
om met de liefde Gods zich te verbinden
Die maakt het aardse leven goed
en zo de mensen tot elkaars beminden

Want liefde moet het draagvlak zijn
die als een bloem ook door moet groeien
Gelijk een roos wiens geur zo fijn
voor onze blik prachtig zal open bloeien


 

Het orgel vult de ruimte met zijn klanken
dat mooi bespeeld zijn stemmen horen laat.
De organist laat ’t orgel Gode danken
voor liefde en trouw die nimmermeer vergaat.

Hij mengt registers tot de mooiste harmonieën
die zoet en warm de kerkruimte door gaan
Wie luistert hoort bekende melodieën
waar woorden spreken van een blij bestaan.

De klanken jubelen vrijuit en juichen
al wie ze hoort zingt blij de woorden mee.
Om zich met dank voor goedheid Gods te buigen
zij dragen ons tot hemelhoogten mee.

Op wind die elke stem verder doet dragen
echoot de klank van ’t orgel stervend uit.
De blijde melodieën die ons schragen
verstillen dan ook langzaam tot besluit.

 

Gods telefoon is nooit bezet
men kan Hem dag en nacht bereiken.
Er bestaat dan ook nooit verlet
God zal van ’t instrument niet wijken.

De mens die ’t nummer draait van God
merkt dat de Heer hem aan wil horen.
Als hij vertelt van leed en lot
de moeiten die hem zijn beschoren.

Het antwoord dat de Heer dan geeft
zal dan zijn moede hart opbeuren.
Waardoor een mens weer rust beleeft
welke de Heer dan laat gebeuren.

 

Met vrede aan de horizon
oprijzend voor ons oog
daar waar het vredeland begint
dat neerdaalt van omhoog
Dit is het land om in te gaan
het land door God beloofd
Hij zal Zijn mantel om ons slaan
geen wordt Zijn hand ontroofd.

Hij is het die ons vrede brengt
waarop de wereld wacht
en ons het blijde uitzicht geeft
tesaam met moed en kracht.
Het wachten vraagt van ons geduld
tot komen zal de tijd
dat vrede Gods door Hem vervuld
dan hart en ziel verblijdt.

Geen oorlog meer en geen geweld
eens heerst er vrede alom
over de aarde wereldwijd
vanuit Gods heiligdom.
Zijn vrede op de aard gesticht
is blijvende van aard
die is immers op ’t heil gericht
door God aan ons verklaard.

 

De grote dag zal eenmaal komen
als doden worden opwekt
nieuw leven weer wordt ingeblazen
en God Zijn handen naar hen strekt.

God laat het dan weer Pasen worden
als rondom de bazuin weerklinkt
dan krijgen al Gods gunstgenoten
het witte kleed dat stralend blinkt.

De aarde zal opnieuw ontluiken
God herschept tot een groene hof
waar mens en dier en alle bloemen
Hem eeuwig prijzen met hun lof.

Dan zullen wij met God vergaderd
een nieuwe toekomst binnengaan
waar liefde en vrede blijvend heersen
in een gelukkig voortbestaan.

Dat zal een heerlijk Paasfeest worden
nog groter dan de eerste keer
waar al Gods kinderen verenigd
gaan in het licht van God de Heer.

Wij gelovigen zijn vol verwachting
wanneer die blijde dag zich meldt
om met de Heer het feest te vieren
waar Christus ons van heeft verteld.

Hij ging ons voor de Opgestane
en daarmee eersteling in de rij
die Jezus daarin zullen volgen
Zijn sterven maakte zondaars vrij.