Gebroken Heer is ons bestaan,
vol onvolkomenheid.
En op de wegen die wij gaan,
is zoet en bitterheid.
Soms is de weegschaal uit balans,
en slaat naar één kant door.
Dan boet het leven in aan glans,
en wordt verzwaard ons spoor.
Want om ons heen woedt macht en kracht,
in volle hevigheid.
Vaak is het in ons leven nacht,
waarin ons hart vaak schreit.
Waarin wij roepen om het licht,
verlangend naar de dag.
Wanneer verdriet ons aangericht,
besterven doet de lach.
Maar elk Heer die op U vertrouwt,
en aan Uw hand wil gaan.
Die gelovig op Uw woorden bouwt,
vindt kracht in zijn bestaan.
Met alle vragen die er zijn,
de moeiten en de zorg.
Komt U met heling van de pijn,
staat voor ons leven borg.
Want wat nu nog gebroken is,
wordt door U Heer geheeld.
Aan ons wordt dit geheimenis,
uit Uw mond meegedeeld.
Dit troostwoord wat ons hart verblijdt
en ons met hoop vervult.
Dit woord laat uitzien naar de tijd,
die ons met heil omhult.
Want U maakt alle dingen nieuw,
met onvoorstelb’re glans.
En legt dan om Uw schepping heen,
Uw hemels licht als krans.
Voorbij is dan gebrokenheid,
geheeld is ons bestaan.
Wanneer wij tot in eeuwigheid,
blij in Uw lichtglans staan.