daar ketsen woorden steeds op af.
Met zulke harten valt ook niets te winnen,
doordat de liefde die nog niet omgaf.
Pas als die door hen heen kan breken,
van vlees worden en kneedbaar zacht.
Zijn zij bruikbaar voor God gebleken,
waarvan God 't nodige verwacht.
Daar kan Hij rijkelijk liefde in gaan zaaien,
hopend dat die tot wasdom groeit.
Een warme vuurgloed die hoog op zal laaien,
liefde die als een roos dan welig bloeit.
Als die in d' harten zal ontluiken,
van vlees zijn en niet meer van steen.
Dan zijn zij voor God te gebruiken,
liefd' is de weg daar wil God heen.
Beantwoordt jouw hart wel aan 's Heren normen,
of is 't nog koud als kille steen.
Dat Hij door liefde om wil laten vormen,
en brekend door de harde muren heen.
God wil jouw hart en wezen kneden,
zoals een pottenbakker kneed de klei.
En met Zijn liefd' jouw hart bekleden,
zeggend die plaats behoort aan Mij.
Alleen een hart van vlees kan God gebruiken,
een stenen hart past niet in 't plan.
Daar kan geen liefde bloeiend in ontluiken,
van die structuur daar weet God alles van.
Wil jij je hart voor God ontsluiten,
dat niet van steen blijkt maar van vlees?
Of blijf je Hem nog buitensluiten,
en zo je stenen hart bewees.