de Geest door vuur en vlam gedreven.
Neerdalen in het grote huis,
waar velen met elkaar verbleven.
Toen werden allen aangeraakt,
een vuurvlam gloeide op hun hoofden.
Hun tongen werden losgemaakt,
waarmee zij God in talen loofden.
Een ieder deed elkaar verstaan,
de Heil'ge Geest was hun gezonden.
Men zag in liefd' de ander staan,
zij werden door de Geest verbonden.
Het Pinksterfeest werd blij gevierd,
met vreugde en met jubelzangen.
En door de Geest met vuur gesierd,
dat ieder van hem had ontvangen.
In harten heeft zijn vuur gegloeid,
met nieuwe kracht werd elk doortrokken.
De Geest heeft hen tesaam geboeid,
onderling op elkaar betrokken.
Zo wil de Geest ook ons vandaag,
met kracht en vuur en vlam doortrekken.
Op hoge winden in een vlaag,
ons hart tot vreugde op doen wekken.