Vul met Uw heil mijn beker tot de rand,
die uit Uw bron van overvloed zal vloeien.
Leg op mijn hoofd Uw zegenende hand,
laat woorden uit Uw mond mijn wezen boeien.
Heer houdt mij vast en leidt mij veilig voort,
want aan Uw hand heb ‘k immers niets te vrezen.
Met U verbonden door het liefdekoord,
dat sterk en onverbrekelijk zal wezen.
U bent een vriend een trouwe reisgenoot,
een metgezel op wie ik kan vertrouwen.
Een helper die mij bijstaat in de nood,
op wie ik onvoorwaardelijk kan bouwen.
Want Uw nabijheid is wat ik begeer,
Uw liefdevolle zorg laat U mij steeds ervaren.
Als ik U aanroep toont U telkens weer,
hoe U mij voor het onheil blijft bewaren.
Geen andere helper ken ik, zo nabij,
die met mij gaat waarheen ik mij zal wenden.
Met raad en daad mij dagelijks terzij,
die Trooster is in uren van ellenden.
U bent het die mijn smekingen verhoord
en antwoord geeft wanneer ik U mag vragen.
U schenkt aan mij bemoedigend Uw woord.
U bent mijn licht in donkere levensdagen.