Gij Bethlehem gezegend oord,
plaats van het vlees geworden woord.
Stad waar het kind geboren is,
waar ’s werelds licht ontstoken is.
Gij stad van David hoog geroemd,
in de geschriften reeds genoemd.
Die herbergt ’t koninklijke kind,
dat in uw midden zich bevindt.
Binnen uw poorten is dit kind,
dat mensenharten samenbindt.
Dit kind brengt ons de vrede aan,
dit kind verandert ons bestaan.
De hemel welft zich om hem heen,
met gouden sterren een voor een.
Zij breekt in lofzang luide uit,
met engelenkoren tot besluit.
Jesjoeha wordt dit kind genoemd,
de mens die ons met God verzoend.
Hij die temidden van ons leeft,
in liefd aan ons zijn leven geeft.
Nu is de profetie vervuld,
die ons het Goddelijk heil onthult.
Het licht dat in de wereld komt,
een stem die nimmermeer verstomd.
Justus A. van Tricht
Melodie Lied 239 en 250 uit L.v.d.K.