zie toch de zware strijd van binnen.
Zie toch mijn tranen en mijn smart,
de pijn die 'k tracht te overwinnen.
Zie Heer naar mijn verlatenheid,
zie om mij heen het misbegrijpen.
Zijn dit de tekenen van de tijd,
zal 't zijn dat U snel in zult grijpen.
Heer, dagelijks voer ik mijn gevecht,
waaraan geen einde schijnt te komen.
Wie blijkt aan 't goede nog gehecht,
ik zie alleen verstoorde dromen.
Ik zie hoe liefde Heer verkilt,
bij U vind ik troost nog aan Uw schouder.
Bij U mijn noodkreet uitgegild,
want Heer de wereld wordt steeds kouder.
Heer, laat mij pal staan in 't geweld,
wat meer en meer zich op blijft dringen.
En mij voor ogen wordt gesteld,
als bode voor de laatste dingen.
Geef dat mijn hart Heer zuiver blijft,
en Uw gebod blijft onderhouden.
Dat G' in Uw hand de namen schrijft,
van alle aan U toevertrouwden.