Aan Uw hand die mij doet leiden,
reis ik door het leven voort.
Gaande met U door de tijden,
en gedragen door Uw woord.
In Uw plooiend kleed geborgen,
in Uw armen steeds beschermd.
Trek ik met U naar de morgen,
door het blijde licht ontfermd.


‘d Aardse nacht doe ik niet vrezen,
gaande door de duisternis.
‘k Weet Heer U zult met mij wezen,
met Uw licht dat rondom is.
Door de dagen doe ik trekken,
als een pelgrim naar mijn doel.
Heer naar U mijn handen strekken,
met een blij gerust gevoel.


‘k Weet U zult mij nooit verlaten,
zelfs in ’t uur van ’t sterven niet.
Heer Uw liefde zal mij baten,
die mij ’s hemels uitkomst biedt.
Door het doodsland zal ik wand’len,
naar de poort die openstaat.
Waar U mij Heer door Uw hand’len,
door Uw offer binnen laat.


Heer Uw kruis is mij tot leven,
andere wegen zijn er niet.
Mij tot redding aangegeven,
U die mij verlossing biedt.
Juichend zal ‘k eens binnentreden,
’t huis waarin ik thuis zal zijn.
Om met U in d’ eeuwigheden,
delend altijd brood en wijn.
Justus A. van Tricht


Melodie: Schaart U om de goede herder/
               Uren dagen maanden jaren/
               Lied 464 L.v.d.K.





You have no rights to post comments