Wat moest een mens toch zonder God
die liefheeft hem beschermt.
Die kering brengt in ’s levens lot
zich over hem ontfermt.
Hoe zou een mens in zijn bestaan
toch leven zonder Heer.
Die dagelijks met hem is begaan
in de relatiesfeer.
 
Want dat is wat de Vader wenst
een band met ieder kind.
Dat eindeloos en onbegrensd
door Vader wordt bemind.
Want als God er niet was geweest
en de mens maar een gril.
Wie was het dan die hem geneest
van kwalen naar Zijn wil?
 
Waar moest een mens met zonden heen
wanneer God niet bestond.
En met zijn zware last alleen
nergens vergeving vond.
Gelukkig is er wel een God
die goed voor mensen zorgt.
Al is men blij voelt men zich rot
bij God is men geborgd.
 
Voor God die ons verlossing brengt
geldt trouw liefde en hoop.
Nieuw leven dat Zijn Zoon ons schenkt
ons aanneemt door de doop.
Het zijn de Vader Zoon en Geest
van wie men ’t woord ontvangt.
Daarin vraagt God dat men Hem vreest
dat is wat Hij verlangt.
 
De dood is nu slechts doorgangspoort
de tunnel naar het licht.
Want Jezus blijkt het reddingskoord
met ’t oog op Hem gericht.
Hij is deel van Gods reddingsplan
dat dood en kwaad bestrijdt.
Waardoor de mens van deze ban
voor eeuwig wordt bevrijd.

You have no rights to post comments