De grote kudde van de Heer
kent witte en zwarte schapen.
Elk brengt op zijne wijs Hem eer
Hij waakt wanneer zij slapen.

Dit is het kleurrijk onderscheid
met beiden trekt Hij verder.
Hij blijft Zijn schapen toegewijd
Hij immers is hun herder.

Voor Hem zijn alle schapen één
zijn zorg geldt dan ook allen.
Vergeten zal de Heer nooit één
Hij kent beide aantallen.

Ook in de wereld van vandaag
valt onderscheid te merken.
Dat duidelijk en nimmer vaag
ook ’t beeld is in de kerken.

Ook daar treft men een eigen kleur
die ons laat onderscheiden.
Maar ieder bij Gods toegangsdeur
op zijne wijs laat leiden.

De tint loopt ook van wit naar zwart
met ook nog varianten.
Wat God beschouwt dat blijkt ons hart
doorgrond aan alle kanten.



You have no rights to post comments