Er loopt een weg van hier naar daar
aan ’t eind wordt men Gods licht gewaar.
Dat licht dat zo uitbundig straalt
en God Zijn kinderen binnenhaalt
om vreugdvol om Zijn troon te staan
in ’t hen geschonken nieuw bestaan.
 
Want ’t leven daar dat overtreft
de schoonheid ooit op aard beseft.
Wat God aan al Zijn kinderen toont
de schatten waarmee hij beloont.
Hier wordt de mens door God verrijkt
zover wanneer zijn blik dan reikt.
 
Die weg genoemd het levenspad
die voert ons naar de hemelstad.
Waarvan de poorten openstaan
voor allen die er binnengaan.
Zij worden eenmaal ingeleid
van tijdelijkheid naar eeuwigheid.

You have no rights to post comments